De landing - Ik kom terug #3
Als ik opkijk van mijn bed, priemt mijn groengele kuit, ongeduldig de lucht in. Hij wacht tot ook ik op eigen benen sta op Hollandse bodem. Voorlopig ben ik voor de meeste van mijn indrukken afhankelijk van vrouw en dochters. En zij ontdekken dat de omgang met landgenoten wennen is na tien jaar Rome.
Als ik opkijk van mijn bed, priemt mijn groengele kuit, ongeduldig de lucht in. Hij wacht tot ook ik op eigen benen sta op Hollandse bodem. Voorlopig ben ik voor de meeste van mijn indrukken afhankelijk van vrouw en dochters. En zij ontdekken dat de omgang met landgenoten wennen is na tien jaar Rome.
Vooral in winkels en in het ziekenhuis leidt dit tot interessante misverstanden. Als mijn vrouw moet betalen bij de supermarkt geeft ze, zoals we al jaren gewend zijn in Rome, netjes haar pasje aan de winkelbediende. Maar het meisje kijkt haar verstoord aan en wijst op het pinapparaat. Mijn vrouw die tien jaar lang gewend was dat de winkeljuf de pas door het apparaat haalde, probeert snel uit te vinden welke gleuf ze moet gebruiken. Ze voelt de verbaasde observatie van de kassajuf: “Van welke planeet ben jij ingevlogen”, lijkt ze te denken.
Service en klantvriendelijkheid blijken hier in Nederland heel anders te functioneren dan in Rome. Daar onderwerp je je, als je iets wilt krijgen van winkelpersoneel of van een beambte. Je stelt ze in de gelegenheid om je een gunst te verlenen, waardoor je bij ze in het krijt komt te staan, waaraan ze waardigheid ontlenen. Hier wordt zelfredzaamheid van je verwacht. Zo ook in het ziekenhuis. Als de verpleegster vraagt voor welke arts we komen, overhandigt mijn vrouw, zoals te doen gebruikelijk in Rome, de verwijsbrief. ,,Oh mevrouw kan zelf niet lezen’’, is de reactie. De uitval overrompelt ons totaal.
In Rome vertrouwt een beambte je nooit. Hij wil zelf lezen wat er in je documenten staat. In de loop der jaren leerden we ons juist gedwee te voegen naar zijn gezag. Dat moeten we dus snel weer afleren!
Hier is een ambtenaar of winkelmeisje blijkbaar niet gediend van onze Romeinse uitingen van respect door alles uit handen te geven. Ze beschouwen dit ondergeschikte gedrag niet als autoriteit verhogend, maar juist als denigrerend. Ze voelen zich zelfs gebruikt door de luie klant.
Enfin, het normale leven komt dus op gang. Terwijl mijn vrouw doos na doos uitpakt, heb ik me vanuit bed op de papierwinkel gestort die gepaard gaat met immigratie. Opnieuw is het adagium zelfredzaamheid. Je hoeft er niet, zoals in Italië, voor in lange rijen te staan om uiteindelijk nul op het rekest te krijgen bij een ongeïnteresseerde ambtenaar. Hier is vrijwel alles gedigitaliseerd en telefonisch te beleven. Een ongekende luxe en het functioneert nog ook.
Dwalend door het woud van digids, SVB, aan te vragen burgerservicenummers, inboedel-, rechtsbijstand-, ziektekosten-, Wa-verzekeringen, parkeervergunningen, bezoekerskaarten, Var-verklaringen, arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, kinderbijslag, krijg ik een email van de groene energiemaatschappij. Of ik een stuk van een windmolen wil kopen. Ik word helemaal enthousiast en ben verbaasd. Is dit bedrog, zoals ik als Romein geneigd ben te denken. Of gaat het hier om onvervalste Hollandse inventiviteit. Ik besluit ermee aan de slag te gaan. Als dan toch alles verandert, en we echt alles zelf moeten doen, waarom dan ook niet onze eigen energievoorziening.
De columnreeks 'De Terugkeer' werd uitgezonden in het radioprogramma ,,Met het oog op Morgen”.